Er zijn weinig andere bloemen die de elementen zo durven te trotseren als de helleborus. Ze bloeien bijzonder vroeg, nl. vanaf de Kerst tot een week of 10-12 daarna in de volle grond. De schitterende, hangende bloemen, die vaak heel mooi geaderd en gespikkeld zijn kunnen wedijveren met de mooiste zomerbloeiers. Pluk ze maar eens en leg ze in een drijfschaal om betoverd te worden door allerlei schakeringen van zuiver wit, lichtgeel en groen, roze, donkerrood en zeer donkerpaars tot leikleurig blauw in allerlei subtiele mengsels.
In onze tuin bloeien in de winter en het vroege voorjaar verschillende soorten helleborussen.
Een uitstekend boek over deze plant is:
»» Helleborus argutifolius
Helleborus atrorubens
Onbekende, lage soort (30-45 cm.) met vaak paarsgetint jong blad; de opzijstaande, meestal stervormige bloemen aan breed vertakte stengels kunnen groen, of nog vaker roodpaars of dieppaars zijn
«« Helleborus atrorubens
Helleborus cyclophyllus
Indrukwekkende plant, meest aangeplant in tuinen van helleborusliefhebbers. Bloeistengels van 50 cm. met meestal groene, soms crème of bijna gele bloemen van 5-6 cm. Moet beschut worden tegen zware nachtvorst en uitdrogen (zwarte bladvlekkenziekte)
»» Helleborus cyclophyllus
Helleborus dumetorum
Onbekende, wilde soort met kleine, groene bloemen
Helleborus foetidus
Het stinkend nieskruid is inheems, wordt ongeveer 120 cm. breed met stengels van 75 cm.; de lichtgroene bloemen met een bruine of roodpaarse rand ruiken meestal onaangenaam. Er zijn enkele cultivars bekend, meestal afkomstig uit het zuiden van Europa, die in tuinen worden aangeplant
Helleborus lividus
Heel zeldzame, niet winterharde soort afkomstig van Mallorca
Helleborus multifidus
Er zijn 4 ondersoorten die allemaal afkomstig zijn uit Italië en het voormalige Joegoslavië met min of meer groene bloemen; er is nauwelijks aan te komen omdat ze zeldzaam en gewild zijn vanwege het kantachtige, zeer opvallende blad
Helleborus niger
De kerstroos is de bekendste van de wilde soorten die vnl. in de omgeving van de Alpen voorkomt; bloemen wit met een groen oog, soms met een roze achterkant; moeilijke plant in de tuin omdat ze het alleen doen op kalkhoudende, vochtige, humusrijke grond in lichte schaduw; er zijn verschillende cultivars bekend.
In Nederland wordt de plant omstreeks Kerst aangeboden in het bloemisterijcircuit. Meestal zijn dit oude, uitgeleefde, gescheurde planten met wortelaaltjes en enkele virussen; ze kunnen alleen met veel spuitwerk aan de groei gehouden worden; waarschijnlijk staat daarom deze soort bij de helleborusliefhebber in een kwaad daglicht.
«« Helleborus niger
Helleborus odorus
Opvallende en gemakkelijk te houden groenblijvende soort die groeit in populairiteit. Bloemen groen tot lichtgevend geelgroen met een doorsnee van 4-6 cm.
Helleborus oriëntalis
Terwijl ze in het wild nauwelijks voorkomen zijn de meeste kruisingen in de tuin afkomstig van deze soort. De wilde soort is onderverdeeld in 3 ondersoorten, waarvan de naamgeving nog onzeker is.
Helleborus purpurascens
Leuk plantje omdat het vroeg bloeit niet hoger wordt dan 30 cm. en eventueel volle zon verdraagt. Heel gevoelig voor zwarte bladvlekkenziekte.
»» Helleborus thibetanus
Helleborus thibetanus
Onbekende, bijzondere soort die erg lijkt op H. oriëntalis. Het zaad ervan werd pas begin 90-er jaren naar Engeland geëxporteerd, dus zal het nog enkele jaren duren voordat deze plant bij een Nederlandse kweker te krijgen is.
«« Helleborus torquatus
Helleborus torquatus
Heel variabele soort en daardoor wat betreft naamgeving zeer verwarrend. In het wild is de kleur soms dieppaars, maar ook wel onopvallend van kleur. De plant werd in de tuin gebracht, werd gekruist met andere soorten en zorgde daarna voor veel gepuzzel. Er zijn enkele klonen en zaairassen bekend.
Helleborus vesicarius
Een soort die nauwelijks te herkennen is als helleborus, maar meer lijkt op een boterbloem. De kleur is licht geelgroen. Gedraagt zich als niet winterhard bolgewas en moet daarom op warmte overwinteren.
Helleborus viridis
De wrangwortel is heel verspreid, heel onopvallend, maar heeft wel de groenste bloemen van allemaal. Er zijn 2 ondersoorten bekend. In Nederland komt de plant heel zeldzaam voor in loofbossen meestal als verwilderde tuinsoort.